EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32021R1323

Verordening (EU) 2021/1323 van de Commissie van 10 augustus 2021 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1881/2006 wat de maximumgehalten voor cadmium in bepaalde levensmiddelen betreft (Voor de EER relevante tekst)

C/2021/5837

OJ L 288, 11.8.2021, p. 13–18 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 24/05/2023; stilzwijgende opheffing door 32023R0915

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2021/1323/oj

11.8.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 288/13


VERORDENING (EU) 2021/1323 VAN DE COMMISSIE

van 10 augustus 2021

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1881/2006 wat de maximumgehalten voor cadmium in bepaalde levensmiddelen betreft

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EEG) nr. 315/93 van de Raad van 8 februari 1993 tot vaststelling van communautaire procedures inzake verontreinigingen in levensmiddelen (1), en met name artikel 2, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 1881/2006 van de Commissie (2) zijn maximumgehalten voor cadmium (Cd) in bepaalde levensmiddelen vastgesteld.

(2)

Op 30 januari 2009 heeft de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) een advies over cadmium in levensmiddelen uitgebracht (3). De EFSA heeft geconcludeerd dat cadmium voornamelijk toxisch is voor de nieren, met name voor de cellen van de proximale tubulus, waar het zich in de loop der tijd opstapelt en nierfalen kan veroorzaken. Gezien het toxische effect van cadmium op de nieren heeft de EFSA voor cadmium een toelaatbare wekelijkse inname van 2,5 μg/kg lichaamsgewicht vastgesteld. De EFSA heeft voorts geconcludeerd dat de gemiddelde blootstelling voor volwassenen in de Unie de toelaatbare wekelijkse inname benadert of nipt overschrijdt. Ook heeft zij geconcludeerd dat de wekelijkse inname van subgroepen zoals vegetariërs, kinderen, rokers en mensen die in sterk besmette gebieden wonen ongeveer twee keer de toelaatbare niveau’s zou kunnen bedragen. Daarom heeft het Contam-panel geconcludeerd dat de huidige blootstelling aan cadmium op het niveau van de bevolking moet worden verminderd. Naar aanleiding van dat advies heeft de EFSA op 17 januari 2012 een wetenschappelijk verslag uitgebracht waarin wordt bevestigd dat kinderen en volwassenen bij het 95e percentiel van de blootstelling de gezondheidskundige richtwaarden zouden kunnen overschrijden (4).

(3)

Rekening houdend met het advies en het wetenschappelijk verslag van de EFSA zijn bij Verordening (EU) nr. 488/2014 van de Commissie (5) nieuwe maximumgehalten voor babyvoeding en cacao- en chocoladeproducten vastgesteld.

(4)

De Commissie was destijds echter van mening dat een onmiddellijke vermindering van de bestaande MRL’s niet opportuun was. Daarom heeft zij Aanbeveling 2014/193/EU van de Commissie (6) aangenomen, waarin de lidstaten worden opgeroepen om ervoor te zorgen dat de reeds beschikbare risicobeperkende methoden kenbaar worden gemaakt en gepromoot bij de landbouwers, en dat de tenuitvoerlegging ervan wordt in- of voortgezet, dat de verdere gevolgen van de genomen maatregelen regelmatig worden gemonitord door gegevens over het vóórkomen van cadmium in levensmiddelen te verzamelen en dat die gegevens, met name over cadmiumgehalten die de maximumgehalten benaderen of overschrijden, uiterlijk in februari 2018 worden gerapporteerd.

(5)

Uit een beoordeling van de meest recente gegevens over het vóórkomen die na de uitvoering van de risicobeperkende maatregelen zijn verzameld, blijkt dat het nu haalbaar is de aanwezigheid van cadmium in veel levensmiddelen te verminderen. Daarom moeten de bestaande maximumgehalten voor cadmium worden verlaagd of moeten maximumgehalten voor die levensmiddelen worden vastgesteld.

(6)

Verordening (EG) nr. 1881/2006 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7)

Aangezien cadmium indirect genotoxisch carcinogeen is en de aanwezigheid ervan bijgevolg een hoger risico voor de volksgezondheid vormt, mogen producten die cadmium bevatten en die niet aan de nieuwe maximumgehalten voldoen en die vóór de inwerkingtreding van deze verordening in de handel zijn gebracht, slechts gedurende korte tijd in de handel blijven.

(8)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Verordening (EG) nr. 1881/2006 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

In de bijlage opgenomen levensmiddelen die vóór de inwerkingtreding rechtmatig in de handel zijn gebracht, mogen tot en met 28 februari 2022 in de handel blijven.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 10 augustus 2021.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN


(1)  PB L 37 van 13.2.1993, blz. 1.

(2)  Verordening (EG) nr. 1881/2006 van de Commissie van 19 december 2006 tot vaststelling van de maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen (PB L 364 van 20.12.2006, blz. 5).

(3)  EFSA-panel voor contaminanten in de voedselketen (CONTAM); Scientific opinion on cadmium in food. EFSA Journal 2009(980) 1-139, https://efsa.onlinelibrary.wiley.com/doi/epdf/10.2903/j.efsa.2009,980

(4)  Scientific Report of EFSA on Cadmium dietary exposure in the European population. EFSA Journal 2012;10(1), 2551 [37 blz.], https://efsa.onlinelibrary.wiley.com/doi/epdf/10.2903/j.efsa.2012,2551

(5)  Verordening (EU) nr. 488/2014 van de Commissie van 12 mei 2014 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1881/2006 wat de maximumgehalten voor cadmium in levensmiddelen betreft (PB L 138 van 13.5.2014, blz. 75).

(6)  Aanbeveling 2014/193/EU van de Commissie van 4 april 2014 inzake de reductie van de aanwezigheid van cadmium in levensmiddelen (PB L 104 van 8.4.2014, blz. 80).


BIJLAGE

In de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1881/2006, afdeling 3: Metalen, wordt punt 3.2 (Cadmium) vervangen door:

“Levensmiddelen (1)

Maximumgehalte (mg/kg vers gewicht)

3.2

Cadmium

 

3.2.1

Fruit (27) en noten (27)

 

3.2.1.1

Citrusvruchten, pitvruchten, steenvruchten, tafelolijven, kiwi’s, bananen, mango’s, papaja’s en ananassen

0,020

3.2.1.2

Besvruchten en kleinfruit, met uitzondering van frambozen

0,030

3.2.1.3

Frambozen

0,040

3.2.1.4

Fruit, met uitzondering van het in de punten 3.2.1.1, 3.2.1.2 en 3.2.1.3 vermelde fruit

0,050

3.2.1.5

Noten  (*1)

 

3.2.1.5.1

Noten, met uitzondering van die vermeld in punt 3.2.1.5.2

0,20

3.2.1.5.2

Pijnboompitten

0,30

3.2.2

Wortel- en knolgewassen (27)

 

3.2.2.1

Wortel- en knolgewassen, met uitzondering van die vermeld in de punten 3.2.2.2, 3.2.2.3, 3.2.2.4, 3.2.2.5 en 3.2.2.6. In het geval van aardappelen is het maximumgehalte van toepassing op geschilde aardappelen.

0,10

3.2.2.2

Radijzen

0,020

3.2.2.3

Tropische wortel- en knolgewassen, wortelpeterselie, rapen

0,050

3.2.2.4

Rode bieten

0,060

3.2.2.5

Knolselderij

0,15

3.2.2.6

Mierikswortels, pastinaken, schorseneren

0,20

3.2.3

Bolgewassen (27)

 

3.2.3.1

Bolgewassen, met uitzondering van knoflook

0,030

3.2.3.2

Knoflook

0,050

3.2.4

Vruchtgroenten (27)

 

3.2.4.1

Vruchtgroenten, met uitzondering van aubergines

0,020

3.2.4.2

Aubergines

0,030

3.2.5

Koolsoorten (27)

 

3.2.5.1

Koolachtigen, andere dan bladkoolachtigen

0,040

3.2.5.2

Bladkoolachtigen

0,10

3.2.6

Bladgroenten en kruiden (27)

 

3.2.6.1

Bladgroenten, met uitzondering van die vermeld in punt 3.2.6.2

0,10

3.2.6.2

Spinazie en dergelijke bladgroente, mosterdzaailingen en verse kruiden

0,20

3.2.7

Peulgroenten (27)

0,020

3.2.8

Stengelgroenten (27)

 

3.2.8.1

Stengelgroenten, andere dan die vermeld in de punten 3.2.8.2 en 3.2.8.3

0,030

3.2.8.2

Preien

0,040

3.2.8.3

Bleekselderij

0,10

3.2.9

Paddenstoelen (27)

 

3.2.9.1

Gekweekte paddenstoelen, andere dan die vermeld in punt 3.2.9.2

0,050

3.2.9.2

Lentinula edodes (shiitake) en Pleurotus ostreatus (oesterzwam)

0,15

3.2.9.3

Wilde paddenstoelen

0,50

3.2.10

Peulvruchten en eiwitten uit peulvruchten

 

3.2.10.1

Peulvruchten, met uitzondering van eiwitten uit peulvruchten

0,040

3.2.10.2

Eiwitten uit peulvruchten

0,10

3.2.11

Oliehoudende zaden  (*1)

 

3.2.11.1

Oliehoudende zaden, met uitzondering van die vermeld in de punten 3.2.11.2, 3.2.11. (3, 3.2.11.4, 3.2.11.5 en 3.2.11.6

0,10

3.2.11.2

Koolzaad

0,15

3.2.11.3

Pinda’s en sojabonen

0,20

3.2.11.4

Mosterdzaad

0,30

3.2.11.5

Lijnzaad en zonnebloemzaad

0,50

3.2.11.6

Papaverzaad/maanzaad

1,20

3.2.12

Granen|  (*2)

 

3.2.12.1

Granen, andere dan die vermeld in de punten 3.2.12.2, 3.2.12.3, 3.2.12.4 en 3.2.12.5

0,10

3.2.12.2

Rogge en gerst

0,050

3.2.12.3

Rijst, quinoa, tarwezemelen en tarwegluten

0,15

3.2.12.4

Triticum durum (durumtarwe)

0,18

3.2.12.5

Tarwekiemen

0,20

3.2.13

Specifieke cacao- en chocoladeproducten zoals hieronder vermeld (49)

 

3.2.13.1

Melkchocolade met < 30 % gehalte watervrije cacaobestanddelen

0,10

3.2.13.2

Chocolade met < 50 % gehalte watervrije cacaobestanddelen; melkchocolade met ≥ 30 % gehalte watervrije cacaobestanddelen

0,30

3.2.13.3

Chocolade met ≥ 50 % gehalte watervrije cacaobestanddelen

0,80

3.2.13.4

Cacaopoeder dat aan de eindverbruiker wordt verkocht of als ingrediënt in gesuikerde cacaopoeder aan de eindverbruiker wordt verkocht (huishoudcacaopoeder)

0,60

3.2.14

Van landdieren afkomstige producten van dierlijke oorsprong (6)

 

3.2.14.1

Vlees (met uitzondering van slachtafvallen) van runderen, schapen, varkens en pluimvee

0,050

3.2.14.2

Paardenvlees, met uitzondering van slachtafvallen

0,20

3.2.14.3

Lever van runderen, schapen, varkens, pluimvee en paarden

0,50

3.2.14.4

Nieren van runderen, schapen, varkens, pluimvee en paarden

1,0

3.2.15

Producten van dierlijke oorsprong — vis, visproducten en andere producten van zout- en zoetwaterdieren

 

3.2.15.1

Vlees van vis ( 24 ) ( 25 ), met uitzondering van de in de punten 3.2.15.2, 3.2.15.3 en 3.2.15.4 vermelde vissoorten

0,050

3.2.15.2

Vlees van de volgende vissoorten (24) (25):

makreel (Scomber spp.), tonijn (Thunnus spp., Katsuwonus pelamis, Euthynnus spp.), bichique (Sicyopterus lagocephalus)

0,10

3.2.15.3

Vlees van de volgende vissoorten (24) (25):

kogeltonijn (Auxis spp.)

0,15

3.2.15.4

Vlees van de volgende vissoorten (24) (25):

ansjovis (Engraulis spp.), zwaardvis (Xiphias gladius), sardine (Sardina pilchardus)

0,25

3.2.15.5

Schaaldieren (26): vlees van aanhangsels en buik (44). In geval van krabben en krabachtige schaaldieren (Brachyura en Anomura) vlees van aanhangsels.

0,50

3.2.15.6

Tweekleppige weekdieren (26)

1,0

3.2.15.7

Koppotigen (zonder ingewanden) (26)

1,0

3.2.16

Volledige zuigelingenvoeding, opvolgzuigelingenvoeding en voeding voor medisch gebruik voor zuigelingen en peuters (3) (29) en peutervoeding (29) (57)

 

3.2.16.1

verkocht in poedervorm en vervaardigd van koemelkeiwitten of van koemelkeiwithydrolysaten

0,010

3.2.16.2

verkocht in vloeibare vorm en vervaardigd van koemelkeiwitten of van koemelkeiwithydrolysaten

0,005

3.2.16.3

verkocht in poedervorm en vervaardigd van soja-eiwitisolaten of mengsels daarvan met koemelkeiwitten

0,020

3.2.16.4

verkocht in vloeibare vorm en vervaardigd van soja-eiwitisolaten of mengsels daarvan met koemelkeiwitten

0,010

3.2.17

Peutervoeding (29) (57)

 

3.2.17.1

verkocht in poedervorm en vervaardigd van planteiwitisolaten andere dan soja-eiwitisolaten, of mengsels daarvan met koemelkeiwitten

0,020

3.2.17.2

verkocht in vloeibare vorm en vervaardigd van planteiwitisolaten andere dan soja-eiwitisolaten, of mengsels daarvan met koemelkeiwitten

0,010

3.2.18

Bewerkte voedingsmiddelen op basis van granen en babyvoeding voor zuigelingen en peuters (3) (29)

0,040

3.2.19

Dranken voor zuigelingen en peuters die als zodanig zijn geëtiketteerd en worden verkocht, andere dan die vermeld in 3.2.16 en 3.2.17

 

3.2.19.1

Verkocht in vloeibare vorm of volgens de gebruiksaanwijzing van de fabrikant te reconstitueren, met inbegrip van vruchtensappen ( 4 )

0,020

3.2.20

Voedingssupplementen (39)

 

3.2.20.1

Voedingssupplementen, met uitzondering van die vermeld in punt 3.2.20.2

1,0

3.2.20.2

Voedingssupplementen die uitsluitend of hoofdzakelijk bestaan uit gedroogd zeewier, van zeewier afgeleide producten of gedroogde tweekleppige weekdieren

3,0

3.2.21

Zout

0,50


(*1)  De maximumgehalten zijn niet van toepassing op noten of oliehoudende zaden voor het persen en raffineren van olie, mits de resterende geperste noten of oliehoudende zaden niet als levensmiddel in de handel worden gebracht. Indien de resterende geperste noten of oliehoudende zaden als levensmiddel in de handel worden gebracht, zijn de maximumgehalten van toepassing, rekening houdend met artikel 2, lid 1, en artikel 2, lid 2, van deze verordening.

(*2)  De maximumgehalten zijn niet van toepassing op granen die worden gebruikt voor mout voor de productie van bier of gedistilleerde dranken, mits de resterende mout niet als levensmiddel in de handel wordt gebracht. Indien de resterende mout als levensmiddel in de handel wordt gebracht, zijn de maximumgehalten van toepassing, rekening houdend met artikel 2, lid 1, en artikel 2, lid 2, van deze verordening.”.


Top