Besluit van gedeputeerde staten van Zuid-Holland van PZH-2021-786625750, tot vaststelling van het Mandaatbesluit Stichting Zuid-Hollands Landschap inzake het Openstellingsbesluit subsidie Groen werkt beter Zuid-Holland 2021 (Mandaatbesluit Stichting Zuid-Hollands Landschap inzake het Openstellingsbesluit subsidie Groen werkt beter Zuid-Holland 2021)

Geldend van 14-10-2021 t/m 17-11-2021

Intitulé

Besluit van gedeputeerde staten van Zuid-Holland van PZH-2021-786625750, tot vaststelling van het Mandaatbesluit Stichting Zuid-Hollands Landschap inzake het Openstellingsbesluit subsidie Groen werkt beter Zuid-Holland 2021 (Mandaatbesluit Stichting Zuid-Hollands Landschap inzake het Openstellingsbesluit subsidie Groen werkt beter Zuid-Holland 2021)

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland;

Gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

Overwegende dat gedeputeerde staten om redenen van doelmatigheid de bevoegdheid tot het nemen van besluiten betreffende de verstrekking van subsidie op grond van het Openstellingsbesluit subsidie Groen werkt beter Zuid-Holland wensen te mandateren aan de directeur-bestuurder van Stichting Zuid-Hollands Landschap;

Gezien de schriftelijke instemming in de brief d.d. 20 september 2021 van directeur-bestuurder Michiel Houtzagers, bedoeld in artikel 10:4 van de Algemene wet bestuursrecht;

BESLUIT:

vast te stellen het volgende besluit:

Mandaatbesluit Stichting Zuid-Hollands Landschap inzake het Openstellingsbesluit subsidie Groen werkt beter Zuid-Holland 2021

Artikel 1 Begripsbepaling

In dit besluit wordt onder directeur-bestuurder verstaan directeur-bestuurder van Stichting Zuid-Hollands Landschap.

Artikel 2 Mandaatverlening

  • 1. Gedeputeerde staten verlenen aan de directeur-bestuurder mandaat tot het namens hen nemen van besluiten betreffende de verstrekking van subsidie op grond van het Openstellingsbesluit subsidie Groen werkt beter Zuid-Holland 2021.

  • 2. Het mandaat, bedoeld in het eerste lid, in acht genomen het bepaalde in hoofdstuk 4 van de Algemene wet bestuursrecht, ziet tevens op de bevoegdheid tot:

    • a.

      het weigeren, intrekken of wijzigen van subsidieverleningen;

    • b.

      het verlenen van voorschotten;

    • c.

      het betalen van voorschotten en subsidiebedragen;

    • d.

      het betalen van subsidiebedragen in gedeelten;

    • e.

      het opschorten van de verplichting tot betaling van voorschotten of subsidiebedragen;

    • f.

      het terugvorderen van onverschuldigd betaalde voorschotten en subsidiebedragen;

    • g.

      het vaststellen van subsidies;

    • h.

      de overige ter zake van subsidiëring te nemen uitvoeringsbeslissingen;

    • i.

      het ondertekenen van namens gedeputeerde staten genomen besluiten.

  • 3. Het mandaat zoals bedoeld in voorgaande lid ziet in ieder geval niet op:

    • a.

      het behandelen van, en beslissen op, bezwaar-, en beroepschriften;

    • b.

      het wijzigen of intrekken van reeds vastgestelde subsidies;

    • c.

      het toepassing geven aan artikel 4:51 Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 3 Ondertekening

  • 1. De directeur-bestuurder brengt in de door hem te nemen besluiten tot uitdrukking dat er sprake is van een in mandaat, namens gedeputeerde staten, genomen besluit en van een door de provincie Zuid-Holland beschikbaar gestelde subsidie.

  • 2. De ondertekening van besluiten als bedoeld in artikel 2, eerste en tweede lid, luidt:

  • Gedeputeerde staten van Zuid-Holland,

  • namens deze,

  • [naam directeur-bestuurder], directeur-bestuurder Stichting Zuid-Hollands Landschap

  • gevolgd door de handtekening van de directeur-bestuurder.

Artikel 4 Rechtsmiddelenverwijzing

Onder de besluiten, bedoeld in artikel 2, eerste en tweede lid, wordt de volgende rechtsmiddelenverwijzing opgenomen:

Bezwaarprocedure

U kunt binnen zes weken na de dag van verzending of uitreiking van dit besluit bezwaar maken, volgens artikel 7:1 van de Awb. Dit kan door een gemotiveerd bezwaarschrift in te dienen bij Gedeputeerde Staten t.a.v. het Awb-secretariaat, Postbus 90602 2509 LP Den Haag, onder vermelding van 'Awb-bezwaar' in de linkerbovenhoek van de envelop en het bezwaarschrift.

Artikel 5 Instructies

De directeur-bestuurder neemt bij de uitoefening van de aan hem gemandateerde bevoegdheden algemene instructies en instructies per geval van gedeputeerde staten als bedoeld in artikel 10:6 van de Algemene wet bestuursrecht in acht.

Artikel 6 Toepasselijke wet- en regelgeving

De directeur-bestuurder neemt bij de uitoefening van de aan hem gemandateerde bevoegdheden de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland, de Subsidieregeling groen Zuid-Holland 2016 en het Openstellingsbesluit subsidie Groen werkt beter Zuid-Holland 2021 in acht.

Artikel 7 Informatieplicht

  • 1. De directeur-bestuurder stelt gedeputeerde staten tijdig in kennis van krachtens mandaat te nemen of reeds genomen besluiten, waarvan hij redelijkerwijs moet aannemen dat kennisneming door hen gewenst is.

  • 2. Kennisgeving als bedoeld in het eerste lid, vindt in ieder geval plaats indien:

    • a.

      de maatschappelijke, beleidsmatige, politieke, juridische of financiële omstandigheden daartoe aanleiding geven;

    • b.

      het besluit ertoe kan leiden dat de provincie aansprakelijk wordt gesteld.

  • 3. Gedeputeerde staten kunnen op grond van de kennisgeving, bedoeld in het eerste lid, ten aanzien van een voorgenomen besluit bepalen dat van het bij of krachtens dit mandaatbesluit verleende mandaat geen gebruik mag worden gemaakt.

  • 4. Gedeputeerde staten voorzien de directeur-bestuurder van alle benodigde informatie ten behoeve van de invulling van zijn mandaat.

Artikel 8 Verantwoording

  • 1. De directeur-bestuurder brengt jaarlijks aan gedeputeerde staten verslag uit over de krachtens dit mandaatbesluit genomen besluiten.

  • 2. Het verslag, bedoeld in het eerste lid, bevat in ieder geval:

    • a.

      een overzicht van de besteding van het uitgetrokken budget voor te verlenen subsidies;

    • b.

      een uiteenzetting van de bij de besteding opgedane ervaringen en de daaruit te trekken conclusies;

    • c.

      een opgave van alle in de voorafgaande periode in mandaat genomen besluiten.

  • 3. Onverminderd het eerste en tweede lid, verschaft de directeur-bestuurder desgevraagd alle informatie aan gedeputeerde staten ter zake van de uitoefening van de ingevolge dit besluit aan hem gemandateerde bevoegdheden.

Artikel 9 Inwerkingtreding

  • 1. Dit besluit wordt aan de directeur-bestuurder gezonden.

  • 2. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na die van bekendmaking.

Artikel 10 Citeertitel

Mandaatbesluit Stichting Zuid-Hollands Landschap inzake het Openstellingsbesluit subsidie Groen werkt beter Zuid-Holland 2021.

Ondertekening

Den Haag, 5 oktober 2021

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland,

drs. H.M.M. Koek, secretaris

drs. J. Smit, voorzitter