Talenten van de toekomst

6 april 2023

Een voor een kozen ze doelbewust voor een opleiding aan het Scheepvaart en Transport College (STC). Met een diploma van het STC op zak gaat er immers een wereld voor je open. Wie nog denkt dat de haven en de logistieke sector synoniemen zijn voor vieze handen en machogedrag, heeft het behoorlijk mis. Alle vooroordelen kunnen volgens de nieuwe generatie linea recta de prullenbak in. Deze vijf studenten zien hun toekomst vol vertrouwen tegemoet. Hen wacht een (internationale) carrière met volop doorgroeimogelijkheden in een dynamische omgeving.

Samanta Aleskeviciute, eerstejaarsstudent versnelde opleiding logistiek supervisor

“Bijna zes jaar geleden ben ik met mijn ouders vanuit Litouwen geëmigreerd naar Rotterdam. Ik ben geboren zonder rechterhand. In Litouwen is het lastig werk te vinden als je een fysieke beperking hebt. Voor een beter leven, voor mijn kansen op de arbeidsmarkt, besloten mijn ouders ons vaderland achter te laten.

De Rotterdamse haven fascineert mij enorm. Ik weet niet waarom. Ik vind de haven bijzonder, ik vind ‘m spannend. Als ik de douane bezig zie met het opsporen en oppakken van smokkelaars, geeft mij dat een kick. Dergelijk werk zou ik ook wel willen doen. Ik volg geen opleiding in die richting. Ik ben pas 22 jaar, ik kan na mijn studie logistiek supervisor alsnog die kant opgaan. Of ik dat daadwerkelijk ga doen, geen idee. Ik moet nog uitvogelen wat het beste bij mij past. Ik vind logistiek namelijk ook heel boeiend. Ik werk het liefst met mannen. Zij zijn doorgaans ongecompliceerd.

Ik werk momenteel 32 uur per week als logistiek medewerker in een warehouse van transportbedrijf GEODIS in Pernis. In deze functie maak ik verzendingen in orde, help ik mee met orderpicken, ontvang ik de chauffeurs. Als supervisor zit je vaker op kantoor, dan heb je een sturende rol. Wat ik als logistiek medewerker doe, is meer fysiek. Ik sjouw met dozen van soms wel 20 kilo. Met één hand? Ja. Ik ben, geloof ik, best wel sterk. Ik weet niet beter, ik doe alles met anderhalve arm.

Op donderdagavond ga ik naar school, op de overige avonden en in het weekend maak ik mijn huiswerk. Ik heb het Nederlands redelijk onder de knie, maar ik spreek het niet zo vloeiend als een native speaker. De docenten van het STC zijn heel behulpzaam. Als je iets niet begrijpt, leggen ze het je opnieuw uit. Ik kan iedereen deze opleiding aanraden. Als je een doorzetter bent, dan kom je er heel ver mee.”

“De haven geeft mij een kick.”

Floris Minderhoud, tweedejaarsstudent MAROF

“Water was nooit ver weg. Ik ben geboren in Den Haag, opgegroeid in Warmond, op loopafstand van de Kagerplassen. Daartussen heb ik een tijdje in Noordwijk gewoond. Sinds vorig jaar verblijf ik weer aan de Noordzeekust, ditmaal in Scheveningen. Mijn ouders waren fanatieke zeilers. Ik heb zelf ook de nodige races gevaren. Aanvankelijk met een optimist, later met een catamaran. Het is tof om op het water te zijn.

Niemand in mijn familie is werkzaam in de maritieme sector. Een over-over-over-over-overgrootvader heeft, geloof ik, gevaren op de koopvaardij, maar dat is zo lang geleden dat het totaal irrelevant is en dus niets zegt over mijn keuze voor de mbo-opleiding tot maritiem officier. Met deze studie vaar ik mijn eigen koers. Tijdens een onderwijsbeurs ben ik erop gewezen.

Je krijgt in deze opleiding veel verantwoordelijkheid. Je stapt na deze opleiding gelijk in als derde stuurman of werktuigkundige. Als je een beetje avontuurlijk bent ingesteld, als je van reizen houdt, dan is dit, denk ik, de meest logische opleiding. De wereld ligt als maritiem officier immers aan je voeten. Geen last van heimwee? Dat moet nog blijken. In augustus ga ik voor mijn eerste stage een halfjaar weg. Hoezeer ik ook gesteld ben op mijn familie en mijn vrienden, hoe verliefd ik ook ben op mijn vriendin, een 9-tot-5-kantoorbaan past niet bij mij. Het beeld van een kapitein met een grote grijze baard, dat is zo achterhaald. Met deze opleiding kun je zoveel kanten op. Letterlijk en figuurlijk. Je ontwikkelt, zeker met een technische focus, genoeg skills voor een goede baan aan wal. De doorstroommogelijkheden zijn legio.

Stuurman of werktuigkundige, die afweging moet ik nog maken. Ik heb nog geen solide plan. Ik overweeg na deze opleiding door te stromen naar het hbo. Het hbo maakt de weg naar het Loodswezen vrij. Da’s iets voor later. Ik ben nu vooral druk aan het solliciteren voor mijn eerste stage. Naar welke rederij mijn voorkeur uitgaat? Holland-Amerika Lijn of Jumbo Maritime.’’

“Tof om op het water te zijn.”

Noa Meintsma, derdejaarsstudent procestechniek en maintenance

“Op de middelbare school haalde ik vooral hoge cijfers voor de abstracte vakken. Wiskunde, natuurkunde, die vakken. De jongens uit mijn klas gingen naar een open dag van het STC in Brielle. Ik woon daar. Kijken kost niets, dacht ik. Ik ging met ze mee. Ik was gelijk om.

Ik ben een uitzondering. In mijn klas ben ik het enige meisje. Het is toch echt niet zo dat ik een tomboy ben. Aan dat stereotype voldoe ik helemaal niet. Ik ben meer een meisjemeisje. Tijdens mijn stage bij de Nederlandse Gasunie, die op de Maasvlakte, was ik weliswaar onopgemaakt, want niet passend bij de dresscode: een overall, en die is nou niet bepaald sexy. Op school heb ik wel altijd een make-upje op.

Ik volg op het mbo de opleiding tot allround operationeel technicus, vergelijkbaar met het niveau van Vapro-C, maar dan uitgebreid met maintenancevakken als meet- en regeltechniek. Ik kon na twee jaar kiezen tussen de richting procesoperator en onderhoudsmonteur (maintenance). Ik heb gekozen voor procesoperator. Simpel uitgelegd: als procesoperator bedien en bewaak je een proces. Als procesoperator heb je meer een controlerende functie. Iets kleins moet je wel kunnen repareren, een lichte storing moet je kunnen oplossen, maar het echte sleutelwerk is voor maintenance. Maintenance kan fysiek zwaarder zijn en je werkt ook met je hersens. Als procesoperator heb je ook je hersens nodig, je bent met je handen bezig en je loopt je rondes. Je komt volop buiten. Hoeveel mooier wil je het hebben? De appel valt in mijn geval niet ver van de boom. Mijn vader is leidinggevende van een groep procesoperators. Hij zag het niet aankomen dat ik in zijn voetsporen zou treden. Als kind had ik amper door wat zijn werk inhield. Mijn vader sprak er nooit over thuis. Na die open dag op het STC ben ik hem het hemd van het lijf gaan vragen. Mijn vader gaf me het laatste zetje.

Ik ben me nu aan het oriënteren wat te doen na mijn eindexamen. Het hbo lonkt. Chemische technologie misschien? Ik weet nog niet wat ik precies wil. Ik weet wel dat ik het liefst met mannen werk. Met mannen is het fijn werken. Zij zijn straight to the point. Met de lompe grappen valt het reuze mee. Bij de Nederlandse Gasunie was ik volledig onderdeel van de groep.”

“Met die lompe grappen valt het reuze mee.”

Lynn van der Spoel, eindexamenstudent internationale havenlogistiek

“Een internationale opleiding én een goede baangarantie waren voor mij doorslaggevend bij het bepalen van mijn studiekeuze. Ik wil graag in het buitenland werken. Dat wilde ik altijd al, maar na mijn stage in Barcelona is die ambitie nóg groter.

Transport is er bij mij met een soort van paplepel ingegoten. Mijn vader werkt in de technische dienst bij de ECT, en mijn opa -de vader van mijn moeder- werkt als vrachtwagenchauffeur in de logistiek. Er werd thuis uiteraard over gesproken, en nooit in negatieve zin. Maar waarvoor ik studeer, dat is niet vergelijkbaar met het werk van mijn vader en opa. Ik zit aan de documentatiekant.

Ik volg bij het STC -locatie Waalhaven- de versnelde mbo-opleiding internationale havenlogistiek, ik doe het in drie jaar in plaats van vier jaar. In de zomer van 2023 hoop ik te kunnen afstuderen. Ik ga daarna gelijk fulltime aan de slag. Vrijwel alle, zo niet alle, havenbedrijven bieden interne opleidingen. Je kunt overal doorgroeien. In mijn vak ben je verantwoordelijk voor het soepele, wat heet vlekkeloze, verloop van een transport. Je volgt de zending van a tot z. Want één verkeerd mailtje, of een mailtje dat te laat wordt verzonden en de hele operatie vertraagt, of erger, gaat volledig de mist in. Ik vind het heel interessant, en vooral knap, hoe alles wordt geregeld in de haven. Dat ik straks zoiets moois mag aansturen, dat vind ik heel gaaf. Ik ben dan gedurende het logistieke proces het aanspreekpunt, ik heb contact met mensen uit Japan, Dubai, uit de hele wereld. Het liefst ga ik de komende jaren van hot naar her. Voor een tijdje naar Denemarken, voor een tijdje naar de USA, enzovoort.

Ik sta mijn mannetje. Tegen havenhumor ben ik opgewassen. Dat de haven een vrouwonvriendelijke sector is, dat berust op een misverstand. Over vroeger kan ik niet meepraten, maar dat is die nu in elk geval niet. Het mannenbolwerk krimpt heel langzaam. In mijn klas is bijvoorbeeld een derde vrouw, maar het komt nog steeds weleens voor dat ik een gekke blik krijg toegeworpen als ik vertel dat mijn roeping in de haven ligt.”

“Tegen havenhumor ben ik opgewassen.”

Tekst

Dijlan van Vlimmeren

Beeld

Rick Arnold

Meer artikelen

‘De haven leert je niet alleen hard werken, maar leert je vooral volwassen worden’

6 april 2023

Voor procesoperator Rob Smits (27), is de Rotterdamse haven niet enkel een plek om te werken en geld te verdienen. Al tien jaar lang loopt...

Lees het hele artikel

Brandbestrijding op de Noordzee

6 april 2023

Kees van den Berg is officier van dienst bij de brandweer. Zijn werkgebied is Rotterdam-Oost (OD9193). De officieren van dienst in dit gebied geven ook...

Lees het hele artikel