Advies Moleculaire diagnostiek in de oncologie

De minister voor Medische Zorg en Sport heeft Zorginstituut Nederland gevraagd om advies te geven over de plaatsbepaling van moleculaire diagnostiek in de oncologie binnen de Nederlandse zorgpraktijk. Het verzoek is ook om hierbij de regierol te nemen. In dit advies beschrijven we wat nodig is om de kansen en risico’s die verbonden zijn aan moleculaire diagnostiek in goede banen te leiden, zodat de zorg voor iedere patiënt van goede kwaliteit en beter toegankelijk is en betaalbaar blijft.

Moleculaire diagnostiek

Moleculaire diagnostiek is een verzamelnaam voor voorspellende testen die de genetische eigenschappen van tumoren te bepalen. Die zijn belangrijk voor het stellen van de diagnose, de prognose en het voorspellen van de gevoeligheid voor bepaalde geneesmiddelen tegen uitgezaaide kanker. Er zijn verschillende soorten voorspellende testen. Een smalle test kijkt gericht naar een stukje van het DNA. Brede testen kijken naar een langer stuk. Er zijn ook specifieke vormen van breed testen, zoals whole genome sequencing, om afwijkingen in iemands hele DNA in beeld te brengen.

Achtergrond

De directe aanleiding voor de adviesaanvraag van de minister is een initiatiefnota aan de Tweede Kamer van de Kamerleden Sazias (50PLUS), Van den Berg (CDA) en Veldman (VVD) in 2020. In deze initiatiefnota bepleitten zij de urgentie van invoering van een uitgebreid persoonlijk profiel. Ons advies is geschreven vanuit publiek perspectief, na gesprekken en spiegelbijeenkomsten met veldpartijen.

Advies voor duurzaam ingericht raamwerk

De ambitie van ons advies is om de moleculaire diagnostiek binnen de standaard reguliere zorg duurzaam in te richten. In het te creëren raamwerk moeten de effectiviteit en plaatsbepaling van nieuwe testen, en de toegankelijkheid en implementatie in de praktijk integraal en in onderlinge samenhang worden vormgegeven. Om tot passende inzet van moleculaire diagnostiek te komen, moeten ook afspraken worden gemaakt over de organisatie en bekostiging van deze zorg. Van belang is dat alle betrokken partijen in congruentie werken. Dat wil zeggen: op dezelfde manier en steeds onderling afstemmend, zodat op alle niveaus te nemen stappen met elkaar samenhangen. Het Zorginstituut voert de regie om de samenhang en voortgang te bewaken. Het raamwerk zal daarom de volgende elementen moeten bevatten:

  • effectiviteit en plaatsbepaling;
  • organisatie van zorg;
  • data-infrastructuur;
  • bekostiging.

Vervolg

Op 19 mei 2021 heeft de minister ons advies samen met haar beleidsreactie naar de Tweede Kamer gestuurd. De minister heeft het Zorginstituut gevraagd de regie te nemen bij het uitvoeren van het advies in samenwerking met alle betrokken partijen.