Direct naar artikelinhoud
Overzicht

Veel Zuidas bij nominaties voor architectuurprijs de Gouden Aap

Weinig herbestemming of transformatie, en veel Zuidas in deze editie van de Gouden Aap. Wat is de oogst van 2020 op het gebied van architectuur?

Breehorn IJdoornlaanBeeld LEVS architecten

Wat opvalt aan de tien genomineerde complexen voor de belangrijke architectuurprijs van Amsterdam, de Gouden Aap, is dat de Zuidas een prominente rol speelt en dat XL in veel gevallen de norm is. Slechts twee projecten zijn van miniformaat, zoals het kantoor van Thonik en de Foeliestraat. Dat zijn ook ware puzzelstukjes.

De potentiële winnaars – een vakjuryprijs en een publieksprijs – bevinden zich dus vermoedelijk op de Zuidas en in Noord. Ook opmerkelijk is dat de particuliere of collectieve opdrachtgever bij de laatste tien ontbreekt. Vreemd eigenlijk, omdat er ondanks de ­coronacrisis nog steeds gebouwd wordt aan de Weespertrekvaart, in Buik­sloterham en vooral op het Centrumeiland van IJburg.

Verder moet worden geconstateerd dat herontwikkeling of herbestemming (tijdelijk) geen rol speelt. Is het meeste erfgoed verbouwd? Dat lijkt onwaarschijnlijk, want het wemelt in Amsterdam van monumenten die aan een tweede leven zijn begonnen, zoals het Telegraafgebouw op de Nieuwezijds of de oude hal van Werkspoor op Oostenburg. Voor de laatste is een nominatie wellicht te vroeg.

Wat je kunt zeggen over de ‘beste tien’ is dat ze staan voor een degelijke kwaliteit, zonder dat er een echte uitschieter tussen zit. Dat de coronacrisis heeft huisgehouden in de architectuur is niet zichtbaar, hoewel we er niet omheen kunnen dat gloednieuwe hotels al weer gesloten zijn, dat het warenhuis van Hudson’s Bay wacht op een betaalplatform en dat V&D nog altijd leegstaat.

Verder is stikstof een belangrijke boosdoener bij het – niet – verstrekken van bouwvergunningen. Een andere conclusie is dat Houthavens, Cruquius en Zeeburger­eiland de jury kennelijk niet kunnen bekoren, net zo min als het Amstelkwartier. Er liggen een paar statements in het verschiet, zoals het hoofdkantoor van Booking.com, The Valley op de Zuidas, het Sluishuis bij de entree van het Steigereiland en het Rosewoodhotel in de oude rechtbank aan de Prinsengracht. Suitsupply van BIG Architecten had daar bij kunnen horen, maar daar is het interieur nog vrijwel ongebruikt en leeg.

1. Breehorn

(Levs Architecten, opdrachtgever Rochdale en Stadgenoot)

Het is een tijd geleden dat een complex sociale woningbouw doordrong tot de laatste tien bij de Gouden Aap. Met Breehorn op de IJdoornlaan hebben twee corporaties een sterke troef. Eindelijk eens geen tuttige balkonnetjes die meestal worden afgedekt met rietmatten, er is een keur aan plattegronden zodat het kleine startende gezin én de grote familie aan hun trekken kunnen komen in maisonnettes op de begane grond.

Het resultaat is een robuust blok dat bestaat uit drie segmenten: de Noordkop, de Schaker en de Dammer. Levs Architecten noemt het terecht een familie die hier met verspringende volumes is neergestreken, als wapen in de verbetering van de Waterlandbuurt. Op een plint van witte baksteen staan gemetselde appartementen met inpandige balkons die Breehorn een strak, maar geen streng ­uiterlijk geven.

Van der Valk Hotel Amsterdam ZuidasBeeld Jan Bitter

2. Van der Valk hotel Zuidas

(Wiel Arets, opdrachtgever Van der Valk)

Vanaf de lobby zijn drie torens gebouwd met in totaal ruim 240 hotelkamers. Helemaal bovenin is zelfs een hamam. Nee, doorsnee is deze Van der Valk niet, maar dat ligt ongetwijfeld aan de eminente architect Wiel Arets – die ontwierp ook de IJhal bij Amsterdam Centraal. Bijzonder is de plek voor dit hotel, een driehoekig reststukje pal naast de Ring A10 en onder de voet van de KPN-mast. Het is het stiefkindje van de Zuidas. Dan moet je wel overtuigend voor de dag komen.

Top-UpBeeld Isabel Nabuurs

3. Top-Up

(Tom Frantzen, opdrachtgever Lemniskade)

Patch22 was in 2016 een veel bekroonde woontoren van architect Tom Frantzen op de Johan van Hasseltkade.

Nu sleept ook de buurman een nominatie in de wacht. Top-Up van Frantzen is bedacht volgens hetzelfde concept. Vrij indeelbare woningen waardoor de bewoners/­eigenaars de grootst mogelijke speelruimte hebben. ­Opnieuw is sprake van een strakke, zeer transparante ­toren met licht overhellende etages, maar het verschil is het gebruik van hout. De hout-betondraagconstructie kan worden gedemonteerd, waarmee wordt voldaan aan circulariteit.

WestbeatBeeld Frans Parthesius

4. Westbeat

(Studioninedots, opdrachtgever Lingotto)

De enorme boogvormige ramen in de plint geven Westbeat zijn karakteristieke uiterlijk. Ze krullen zelfs de hoek om waarmee Westbeat een monumentale bijna on-Nederlandse indruk maakt. Denk aan de Amerikaanse architect Louis Kahn. Belangrijker dan de uitstraling is het concept. Het hart van het gebouw op de Delflandlaan is een gigantische plaza, door architectenbureau Studioninedots een ‘superhub’ genoemd, bedoeld als een creatieve en sociale hangplek voor bewoners en buurt. Erboven liggen de appartementen, rondom een binnentuin waarmee het rumoer van de A10 wordt buitengesloten.

Transformatie Vossius Gymnasium AmsterdamBeeld Roos Aldershoff

5. Vossius Gymnasium

(Marlies Rohmer, opdrachtgever Vossius)

Een echelon middelbare scholen heeft de laatste ­jaren een metamorfose ondergaan, zoals het Barlaeus, Het ­Amsterdams Lyceum. Dan zijn er ook nog bijgekomen ­zoals het Nicolaas, Hyperion, het Calvijn en Het 4e Gymnasium. In 2020 was het Vossius aan de beurt, verbouwd door de schoolarchitect par excellence Marlies Rohmer. Aan de buitenkant is die wijziging vrijwel ­onzichtbaar: de grootste ingreep zijn de twee ondergrondse sportzalen en de daklichten op de binnenplaats die de gymzaal verlichten. Rondom de daklichten banken waarop de leerlingen kunnen chillen. De verbouwing van het Vossius is het ­enige voorbeeld van transformatie dit jaar.

The GeorgeBeeld Arjen Schmitz

6. The George

(Dok architecten, opdrachtgever BPD en AM)

De naam Gershwin valt enkele keren op de Zuidas. The George, een terrasvormig complex met 47 luxe appartementen, is erbij gekomen. Het is een van de markantste woongebouwen op de Zuidas dankzij het geglazuurde metselwerk op de zijmuren. In eerste instantie denk je dat aan een verkleuring – de beruchte witte uitslag in de baksteen – totdat er een patroon in valt te ontdekken. Architect Liesbeth van der Pol vergelijkt het met de lichtheid van een opwaaiende zomerjurk en refereert in de stijl naar de Amsterdamse School. Dat is op zich opmerkelijk, want invloeden van de Amsterdamse School zijn ver te zoeken in de omgeving. De bewoners hebben de beschikking over uiterst royale terrassen op het zuiden en al even luxueuze interieurs. Verder is The George natuurinclusief: de ‘halfpipe’ op het dak vangt zon en regen op.

Amsterdam RechtbankBeeld Fernando Guerra

7. De Nieuwe Rechtbank

(Kaan Architecten, opdrachtgever consortium NACH)

Begin dit jaar overleed Ben Loerakker, de architect van de ‘oude’ rechtbank op de Parnassusweg. Ironie van het lot: diens brute tegelpaleis is vervangen door een nieuw glazen complex. Grotere tegenstelling met het oude gebouw is niet denkbaar. Van een hermetische naar een transparante rechtbank. Kees Kaan ontwierp ook de Hoge Raad aan het Tournooiveld in Den Haag. Zijn stijl is het beste te omschrijven als no nonsense, less is more en dus is er geen of weinig ruimte voor frivoliteiten. Rechtspreken gedijt vermoedelijk beter zonder veel poeha.

Foeliestraat 2-4Beeld Sebastian van Damme

8. Foeliestraat

(Ronald Janssen, opdrachtgever Buro Amsterdam)

Onder de nominaties voor de Aap zijn er twee voorbeelden van postzegelarchitectuur. Gebouwtjes op onmogelijke kavels met lastige omstandigheden, zoals (verkeerslawaai), fijnstofoverlast en andere hinder. De zes appartementen in de Foeliestraat is een van die architectonische puzzelstukjes. Het gebouwtje ligt aan de parallelweg richting IJtunnel, ingeklemd tussen een prachtig pakhuis uit de VOC-tijd en de bouwblokken uit het midden van de 20ste eeuw. Het onopvallende schuurtje van weleer is vervangen door een appartementenblok met veel glas, een schuine kap met glas en penanten (staande kolommen) van baksteen. Alles is er volgens Ronald Janssen aan gedaan om de woningen geluiddicht en toch transparant te houden.

Studio ThonikBeeld Ossip van Duivenbode

9. Kantoor Thonik

(Thonik/MMX Architects, opdrachtgever Thonik)

Het was een stuk trottoir aan de Wibautstraat, hoek Grensstraat waar de grafisch ontwerpers van Thonik ­besloten hun kantoor te bouwen. Over postzegelarchitectuur gesproken. Dat kon omdat de Wibautstraat van een snelweg in een stadsstraat is veranderd. Thomas Widdershoven van Thonik claimde het stuk trottoir en gooide er een schepje bovenop. Geïnspireerd op het logo van de Olympische Spelen van Mexico (1968) werd een gevel van trespa gedecoreerd met zwart-witstrepen, een patroon dat ook in het trappenhuis voorkomt. Op de begane grond is een restaurant gedacht, erboven liggen de kantoren die desgewenst kunnen veranderen in appartementen.

De PontkadeBeeld Ernst van Raaphorst

10. De Pontkade

(Architekten Cie., opdrachtgever Pontkade Ontwikkeling)

Het is een drukte van belang bij de aanlegsteiger voor de NDSM-werf. Daar is in 2020 de Pontkade verrezen, een megacomplex met 252 woningen, met een supermarkt, een reclamebureau en een bar op de begane grond. In de zwarte, witte en dieprode bouwdelen zijn containers te ontdekken, maar dan wel van glas en uitgerust met balkons. Veel balkons. Een verhoogde binnentuin waaronder de parkeergarage ligt, vormt het hart van het complex.